Juridische Zaken
De Wet open overheid (Woo) is op 1 mei 2022 in werking getreden. De Woo is de opvolger van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) en regelt het recht van burgers op informatie van de overheid. Zo krijgt iedereen meer inzicht in het handelen van de overheid. Iedereen kan een Woo-verzoek indienen om publieke informatie te verkrijgen. De afhandeling van Woo-verzoeken heeft, voor het derde jaar op rij, in 2024 een behoorlijk beslag gelegd op de beschikbare juridische capaciteit. Het aantal verzoeken is namelijk toegenomen sinds de invoering van de Woo en blijkt niet af te nemen. Ook de omvang van de gevraagde informatie is toegenomen. In 2024 ging het in totaal om 38 verzoeken. In vergelijking met het aantal Woo-verzoeken in 2023 (26), 2022 (22) en het aantal Wob-verzoeken in 2021 (5), 2020 (6) en 2019 (6), is sprake van een substantiële toename van het aantal verzoeken. In 2024 heeft alleen het team juridische zaken al 2.109 uur moeten besteden aan de afhandeling van Woo-verzoeken. Van andere afdelingen zijn 245 uur geregistreerd. Omgerekend tegen een gemiddeld uurtarief van 78 euro per uur komen de kosten uit op € 184.000.Het blijkt een landelijke trend te zijn dat er meer en vaak omvangrijke Woo-verzoeken worden ingediend bij bestuursorganen sinds de Woo van kracht is geworden. De verwachting is dat het aantal (omvangrijke) Woo-verzoeken de komende jaren niet zal afnemen. Ook in 2025 blijft extra juridische capaciteit nodig om de Woo te kunnen uitvoeren.
In 2024 is een onderzoek uitgevoerd naar de juridische functie binnen de afdelingen Ruimte en Ondernemen, Realisatie en Beheer en Bedrijfsvoering. Dit vanwege de hoge werkdruk bij juridische zaken en om beter inzicht te krijgen in de verantwoordelijkheden van de juridische functie binnen de vakafdelingen en het team juridische zaken. Het onderzoek heeft geresulteerd in een heldere taakverdeling tussen de vakafdelingen en het team juridische zaken. Daarnaast is gebleken dat er onvoldoende juridische capaciteit beschikbaar was om de taken en ambities naar behoren te kunnen uitvoeren. Daarom is in de begroting van 2025 budget vrijgemaakt om deze capaciteitsvraag in te vullen. Komend jaar zal in het teken staan van het invullen van deze capaciteit en het verder implementeren van de aanbevelingen uit het onderzoek.