Programmabegroting 2023 Programmabegroting 2023 vastgesteld 10-11-22

Treasurybeheer

Paragraaf 4

Treasurybeheer
Risicobeheer

De Wet Fido schrijft voor dat de renterisico’s binnen de gemeente bewaakt dienen te worden. Het renterisico op korte termijn wordt inzichtelijk gemaakt met de kasgeldlimiet, het renterisico op langere termijn wordt in beeld gebracht met de renterisiconorm. In de onderstaande tabel ‘Kasgeldlimiet in het jaar 2022’ wordt de werkelijke omvang van de kasgeldlimiet getoetst aan de wettelijke norm uit hoofde van de Wet Fido. Zoals uit dit overzicht blijkt, is er dankzij de aanwezige liquide middelen gedurende het hele jaar sprake van een grote ruimte binnen de kasgeldnorm.
Het drempelbedrag voor het schatkistbankieren, het totaal aan middelen dat een decentrale overheid maximaal buiten de schatkist mag aanhouden, was in het verleden gezet op 0,75% van het begrotingstotaal, waarbij het drempelbedrag minimaal € 250.000 bedraagt. Het drempelbedrag is vastgelegd in artikel 7 lid 2 van de Regeling schatkistbankieren decentrale overheden en is per 1 juli 2021 aangepast. Het drempelbedrag van de ondergrens voor kleine gemeenten is verhoogd van € 250.000 naar € 1 miljoen euro.

Kasgeldlimiet in het jaar 2023

Kw1

Kw2

Kw3

Kw4

Omvang begroting per 1 januari 2023

43.964.797




-1 Toegestane kasgeldlimiet





- in procenten van de grondslag

8,50%

8,50%

8,50%

8,50%

- in bedrag

3.737.008

3.737.008

3.737.008

3.737.008

-2 Omvang vlottende korte schuld





Opgenomen gelden < 1 jaar

0

0

0

0

Schuld in rekening courant

0

0

0

0

Gestorte gelen voor derden < 1 jaar

0

0

0

0

Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld

0

0

0

0

-3 Contante gelden in kas





Tegoeden in rekening-courant

100.000

100.000

100.000

100.000

Overige uitstaande gelden < 1 jaar

29.628.000

28.500.000

28.000.000

27.000.000

Toets kasgeldlimiet





-4 Totaal netto volttende middelen (3)-(2)

29.728.000

28.600.000

28.100.000

27.100.000

Toegestane kasgeldlimiet

3.737.008

3.737.008

3.737.008

3.737.008

Ruimte (+) / Overschrijding (-); (1)-(4)

33.465.008

32.337.008

31.837.008

30.837.008


In de onderstaande tabel ‘Renterisiconorm en renterisico's vaste schuld’ wordt het renterisico van de vaste schuld c.q. de renterisiconorm gecomprimeerd in beeld gebracht. Dit overzicht geeft voor de jaren 2023 – 2026 een ruime onderschrijding van de rente-risiconorm te zien. Hieruit kan worden afgeleid dat de spreiding van de lening portefeuille zodanig is dat de renterisico's zeer beperkt zijn.

nr

Renterisiconorm en renterisico's vaste schuld

2023

2024

2025

2026

1

Renteherzieningen





2

Aflossingen

482.103

488.695

495.616

502.882

3

Renterisico (1+2)

482.103

488.695

495.616

502.882

4

Renterisiconorm

8.792.959

7.553.242

7.580.616

7.592.580

5a

Ruimte onder renterisiconorm (4>3)

8.310.856

7.064.547

7.085.000

7.089.698

5b

Overschrijding renterisiconorm (3>4)






Renterisiconorm





4a

Begrotingstotalen 2023-2026

43.964.797

37.766.210

37.903.081

37.962.902

4b

Percentage (gemeenteregeling)

20,00%

20,00%

20,00%

20,00%


4 = (4a x 4b/100)

8.792.959

7.553.242

7.580.616

7.592.580


In de onderstaande tabel ’Kredietrisico's op verstrekte gelden’ worden de kredietrisico's op de verstrekte gelden in beeld gebracht.

Kredietrisico op verstrekte gelden

Met/zonder (hypothecaire) zekerheid

Restantschuld

%

Gemeenten/provincies


n.v.t.


Overheidsbanken


n.v.t.


Woningcorporaties met garantie WSW


n.v.t.


Semi-overheidsinstellingen


n.v.t.


Financiële instellingen (A en hoger)


n.v.t.


Overige toegestane instellingen volgens Treasurystatuut

zonder

850.000

Div%

Overige toegestane instellingen volgens Treasurystatuut

met

800.000

Div%

Niet toegestane instellingen volgens Treasurystatuut


n.v.t.


Totaal


1.650.000