C. Risico's Grondbedrijf en Woningbedrijf
Grondexploitatie
De resultaatverwachting uit de grondexploitaties is inclusief reservevorming in het kader van bovenwijkse/infrastructurele voorzieningen en verminderd met eventueel reeds gerealiseerde winstnemingen. De winstprognoses zijn gebaseerd op actuele exploitatieopzetten. Het behalen van de geraamde resultaten is afhankelijk van ontwikkelingen, zoals veranderingen in uitgiftetempo (plancapaciteit versus opname/vraag capaciteit), vraaguitval in het duurdere segment, renteontwikkelingen, kostprijsontwikkelingen en ontwikkelingen van de bouw-grondprijzen. De exploitatieopzetten worden jaarlijks aan de hand van deze ontwikkelingen geactualiseerd en laten positieve resultaten zien. Zie hiervoor ook de paragraaf Grondbeleid. De reserve Bovenwijkse voorzieningen is bedoeld om de kosten van toekomstige projecten te kunnen dekken. De reserve wordt gevoed uit inkomsten uit gebiedsontwikkelingen De Veken en Heerenweide.
Vanaf 2020 wordt een nieuw bedrijventerrein De Veken 4, fase A, in voorbereiding genomen. De exploitatie van dit bedrijventerrein komt in handen van de Commanditaire Vennootschap De Veken 4. De risico’s, kosten en opbrengsten van deze nieuwe ontwikkeling komen ten laste dan wel ten goede van deze CV. De gemeente Opmeer heeft een aandeel van 50% in de resultaten van deze CV. De voor deze ontwikkeling benodigde gronden zijn nog in eigendom van de gemeente Opmeer en zullen tegen boekwaarde worden overgedragen aan de CV.
Gemeentelijk Woningbedrijf
Voor het Gemeentelijk Woningbedrijf is een concept financiële meerjarenbegroting (zie paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen) opgesteld. Belangrijke financiële besluiten in relatie tot het Woningbedrijf worden aan deze meerjarenbegroting getoetst. Voor het beheer van het woningenbestand is een meerjarenonderhoudsplan opgesteld, dat in eigen beheer wordt geactualiseerd. De consequenties van dit plan (voeding van de onderhoudsvoorzieningen) worden eveneens in de financiële meerjarenbegroting van het Woningbedrijf verwerkt. Verder zijn de consequenties van nieuwbouw en de verhuurdersheffing in de (meerjaren)begroting opgenomen. Op dit moment kent het Woningbedrijf zeer beperkte huurderving als gevolg van tijdelijke leegstand. Voor behoud van een kwalitatieve goede woningvoorraad, ter voorkoming van leegstand, handhaving van een voldoende weerstandsniveau en het behoud van de mogelijkheid om te investeren in nieuwbouw en/of het bestaande bezit, heeft de gemeenteraad eind 2019 een Beleidsplan Strategisch voorraadbeheer vastgesteld. In dit beleidsplan zijn onder meer het huurprijsbeleid en het beleid voor de verkoop van huurwoningen opgenomen. De opbrengsten van verkopen van de aangewezen huurwoningen worden geboekt in de algemene bedrijfsreserve van het Woningbedrijf. Deze reserve wordt vervolgens (gedeeltelijk) ingezet voor afboeking van de onrendabele top in de stichtingskosten van nieuwbouwprojecten ter verkrijging van betaalbare huurprijzen en ter bekostiging van de investeringen van het Woningbedrijf. In het kader van de warmtetransitie zal het bestaande bezit van het gemeentelijk woningbedrijf worden verduurzaamd. Hiervoor voorzien we aanzienlijke investeringen. De financiële effecten hiervan zullen in de jaarlijks bij te werken financiële meerjarenraming worden verwerkt.